maandag 2 juni 2014

Wie heeft die scheet gelaten?

Wie heeft die scheet gelaten?
Het boek gaat over een koning.
Hij heeft een groot probleem. Telkens wanneer er een toetje in de eetzaal wordt binnengebracht, begint het vreselijk te stinken in de eetzaal. Iemand heeft een scheet gelaten, maar wie? 
De prins, prinses en de koningin ontkennen dat ze er eentje gelaten hebben. 
De koning kan nog maar aan 2 dingen denken. De hond of de ober.
Hij gaat wat dichter bij de mand van het hondje en ruikt. 'Niks' zegt hij. Het is dus niet van de hond.


Het zal dan wel van de ober zijn. De volgende dag komt de ober met het toetje en weer begint het zo te stinken. De koning vraagt verlegen: 'Zeg ober, heb jij een scheetje gelaten?'.
De ober knikt meteen van neen. 'Tuurlijk niet meneer de koning. Zo iets zou ik toch nooit doen!'.

De koning besluit om een expert aan te stellen met een hele goede neus. Uiteindelijk vindt hij iemand die hiervoor geschikt is. Expert Neus.

Wanneer het toetje weer naar de eetzaal komt, ruikt de expert overal rond.


Op het einde komt hij uit bij de koning. En inderdaad... Het was de koning!





Het boek is geschikt om te lezen vanaf 4 jaar. Het is een grappig boek, met een vrij uitgebreide tekst en prenten. Er hoort ook een liedje bij met dezelfde titel: 'Wie heeft die scheet gelaten?'.
De auteur van het boek heeft Kim Koelewijn. Het werd uitgegeven in 2011 door uitgeverij Kluitman Alkmaar B.V. 









De juf is een heks






De kinderen van de klas krijgen een vervangster, omdat hun andere juf een baby'tje krijgt. Isobel heet hun nieuwe. Het is een hele mooie juf. Ze heeft lange rode haren en is mooi slank.
Haar gezicht is wel altijd een beetje wit. Soms lijkt het wel alsof je erdoor kunt kijken. Best wel akelig. Ze heeft ook hele grote, groene ogen, net zoals van een kat. 
Wanneer ze door de gang loopt, hoor je geen voetstappen. Plots staat ze net achter je, zonder dat je het gehoord hebt. Misschien beelden de kinderen zich allemaal wel iets in. Of niet?

Op een bepaald moment beslissen enkele kinderen om geen aandacht meer te besteden aan het feit dat hun nieuwe juf misschien wel een heks zou kunnen zijn. Tot hun juf een pad meebrengt naar school. Ze houdt hier enorm van. Ze knuffelt en kust het dier zelfs.
Wanneer de kinderen als grap een punaise op haar stoel leggen, gaat de juf erop zitten. De klas kijkt vreemd toe, want ze maakt geen geluid of toont niet dat ze pijn heeft.
Plots merkt Isobel dat er een punaise in haar been zit. Ze haalt het er gewoon uit, alsof er niks aan de hand is.
Nog een extra teken dat het toch een heks kan zijn! Ze houdt van padden en voelt geen pijn. Dat is toch wel vreemd...

Een paar dagen later wordt het nog erger. De kinderen merken dat er steeds een zwarte kat rond de schoolpoort hangt. Deze is wel erg goed bevriend met juf Isobel.

Een leerling heeft er genoeg van en achtervolgt de juf. Ze geraakt zelfs binnen tot in haar huis.
Natuurlijk had juf Isobel het gezien en vraagt ze wat ze doet in de kleerkast.
De leerling legt alles uit en geeft eerlijk toe dat ze bang was dat het een heks was.
Uiteindelijk heeft de juf het toegegeven, maar het is wel geen kwade heks.
Ze houdt van kinderen en heeft het beste met hen voor.


Dit verhaal heb ik nog in het 5de leerjaar gebruikt als spreekbeurt. Ik heb het nu herlezen, omdat ik het toen een passende titel vond. Ik had mijn juf toen niet zo graag en wilde dit met deze spreekbeurt ook tonen. Toen ik het boek herlas, beleefde ik meteen een nostalgie!

Het boek werd geschreven door M. Mous en werd uitgegeven in het jaar 2002.
Het is een ontspannend boek en is bedoeld voor kinderen jonger dan 8 jaar.
Ik heb dus geluk gehad dat ik dit boek mocht lezen in het 5de leerjaar !

De dertiende Zwarte Piet




Het boek gaat over een nieuwe Zwarte Piet.
Eigenlijk is hij een dief. Hij gaat 's nachts speelgoed stelen bij de kinderen. Hij wordt 's nachts betrapt en de politie zit achter hem aan.
Wanneer hij via het raam kan ontsnappen en zo op het dak terecht komt, ziet hij Sinterklaas met 12 Zwarte Pieten.
Plots ziet hij de politie op het dak klauteren. Hij rent snel het duister in en voegt zich bij de Zwarte Pieten.
In het donker viel het toch niet op dat hij niet zwart was.

De politie kwam naar Sinterklaas toe en vroeg of hij geen dief had zien voorbij lopen. Sinterklaas zei hem duidelijk dat hij niks had gezien.
Natuurlijk is Sinterklaas niet achterlijk en wist hij maar al te goed dat de dief tussen zijn Zwarte Pieten was verstopt.
Hij doet alsof zijn neus bloedt, en doet alsof hij niks merkt.
De dief denkt natuurlijk dat niemand hem heeft opgemerkt. Hij wandelt mee met Sinterklaas en de anderen. Het grappige is dat hij eigenlijk speelgoed steelt van de kinderen en dat hij nu zelf speelgoed moet gaan uitdelen.

Wanneer alle pakjes bij de kinderen zijn gelegd, blijft de dief nog wat langer in de kamer. Wanneer hij iets van een kind wilt stelen, staat Sinterklaas plots voor de ingang van de deur en vraagt: 'Kom je nog mee Piet?'

Hij kon er niet van onder uit. Nog steeds dacht hij dat Sinterklaas van niks wist.
Ondertussen speelde hij maanden lang voor Zwarte Piet. Hij kon niet ontsnappen uit het kasteel van Sinterklaas. Ze zouden het meteen doorhebben.

Op een bepaald moment staat hij voor een deur die op slot is. Hij wil natuurlijk de sleutel vinden van die deur, omdat hij denkt dat daar veel geld achter zit om al het speelgoed te kopen.

Op het einde van het verhaal geeft Sinterklaas hem de sleutel en mag hij de deur openen. En wat ligt daar allemaal?
Al het speelgoed dat hij ooit van alle kinderen had gestolen.
Sinterklaas wist al die tijd ALLES!



Dit verhaal is bedoelt voor kinderen van 9-12 jaar. Persoonlijk vond ik dit een vrij saai boek. Het is zeer eentonig en komt dus steeds op hetzelfde neer.
Het is geschreven door Ivo Van Orshoven
De uitgever is Allmedia en werd uitgegeven in 2003.
Dit boek heb ik gebruikt in het 4de leerjaar als verhaal.




zondag 1 juni 2014

Het monster van Lago Lago - Geronimo Stilton

Geronimo Stilton, de beste speurmuis ooit, schrijft geregeld een boek over zijn avonturen. Hij is journalist en beleeft heel wat! Dit boek bevat een mini-mysterie. Naast dit verhaal, zijn er nog 5 andere verschenen in de reeds mini-mysteries. De boeken zijn geschikt voor kinderen die AVI-niveau 9 hebben bereikt (ongeveer 8 jaar).


Naast deze mini-mysteries bestaan er nog andere boeken met spannende avonturen van deze speurmuis.

Dit verhaal begint thuis. Op televisie zie ik mijn aartsvijand, Ratja Ratmuis. Ze vertelt over een monster dat ze zag. Ze nam er foto's van en zal dit op de voorpagina van haar krant zetten. Opa stuurt mij op pad om foto's van het monster te nemen voor onze krant, De Wakkere Muis. Wat denkt die Ratja wel?

Samen met Patty, haar nichtje en mijn neefje komen we aan in Lago Lago. En wie komen we tegen? Ja hoor, Ratja Ratmuis. Maar wat doet ze vreemd... en Walter Watermuis ook. Hier zit iets achter!

's Nachts sta ik op om naar het toilet te gaan en vang in het hotel flarden van een gesprek op. Ik kan er niet veel uit afleiden, maar alles wordt steeds geheimzinniger.

Ik ga met Arnold Arendsoog (de fotograaf van Opa) foto's nemen van het monster. We merken iets geks op aan de staart. Toen ik het wou onderzoeken, dook het monster terug in het water. Opa was niet blij met de foto. Hij wil meer dan alleen de staart.

De volgende dag gaan we terug. We kwamen met onze tandem in het water terecht en moesten door het moeras verder. Plots... zit ik op de rug van het monster! Als dat geen knappe foto is. Dan smakt het monster me op de oever. Het volgende moment wordt ik wakker in mijn kamer. Hemeltjelief! Wat gebeurt hier toch allemaal?

Dé ontdekking doe ik op een nacht. Ik kan niet slapen door het luide gesnurk van Arnold. Ik hoor Ratja afspreken om middernacht foto's te nemen van het monster. Ik maak mijn vrienden wakker en we zorgen dat we van de partij zijn.

Die nacht neemt Arnold de doorslaggevende foto. Hoe het verhaal afloopt? Dan kom je te weten als je mijn boek 'Het monster van Lago Lago' leest. Lees aandachtig, want ook jij kan een echte superspeurmuis worden!


In de tekst worden sommige woorden anders weergegeven, dit geeft een extra nadruk op die woorden. Af en toe staat er een plattegrond in het boek en na elk hoofdstuk staat er vraag voor de speurneuzen. Zo worden de kinderen gestimuleerd om mee te werken aan het speuren en lezen ze het verhaal.  Er staan voldoende afbeeldingen in om het verhaal te illustreren.
De manier van schrijven zet echt aan om het boek te lezen tot het uit is.

Lies krijgt een zus - Walter Oliviers

Het boek werd geschreven op AVI-niveau M3 (oud AVI-niveau 2). Het werd uitgegeven in de reeks 'Ik leer lezen' door Zuidnederlandse Uitgeverij N.V.
De prenten werden getekend door Daniëlle Roothooft. Ze zijn eenvoudig en heel kleurrijk. Op elke pagina staat er een afbeelding die past bij het stukje tekst.

In dit boek staan geen hoofdletters, wel zijn er leestekens te zien. Het lettertype is goed leesbaar en staat vrij groot.

Jan Drie is koning. Hij ziet er niet goed uit. Hij lacht niet, zit niet mooi recht. De kok raadt hem aan om een vrouw te gaan zoeken. Zo zal hij niet steeds alleen zijn. Jan Drie vindt het geen gek idee. Hij laat een mooie vrouw zoeken, mooi als een bloem. En als ze een kind heeft, kan die bij Lies zitten. Ze zal blij zijn met een nieuwe zus!

Lies vindt het helemaal geen leuk idee. Ze herinnert zich een verhaal over een stoute stiefmoeder en een pestende stiefzus. En ja hoor, Lies heeft pech! Pien en Leen zijn helemaal niet lief. Ze pesten haar het huis uit. Pien probeert haar zelfs te vergiftigen. Lies blijft een maand in de boom wonen!

Plots ruikt ze wat lekkers. En het is de kok niet die in de keuken staat. Het is een vriendelijke vrouw. En er zit een lief meisje aan de tafel...

Eind goed, al goed! Lies vindt een nieuwe mama en zus niet zo eng meer. Dat kan best leuk zijn!


Ik vind het een leuk verhaal om in de klas te hebben. Als ouders scheiden, denken kinderen wel na over een nieuwe mama en een nieuwe broer of zus. Helaas zijn er nogal wat sprookjes en verhaaltjes waarin die nieuwkomers meestal niet zo vriendelijk zijn. Het is dan goed om het verhaaltje eens te laten lezen door leerlingen waar er een plus-mama of -papa komt. Je kunt het boek ook gebruiken om voor te lezen als er gewerkt wordt in het wero-thema over gezin, familie,...

Groter dan een droom – Jef Aerts en Marit Törnqvist

Zullen we?’ riep zus.
‘Wat?’  Ik duwde mijn oren dicht en luisterde zo hard ik kon.
‘Fietsen.’

Groter dan een droom is een prentenboek geschikt voor kinderen vanaf 5 jaar. De illustraties bij de tekst zijn werkelijk prachtig. Het prentenboek vertelt het verhaal over een jongen wiens zusje gestorven is. De jongen heeft haar echter nooit gekend want ze is gestorven lang voor hij geboren werd. Hij kent haar enkel van een foto aan de muur. Op een ochtend hoort de jongen dat zijn zusje hem roept. Ze neemt hem mee om samen te gaan fietsen. Dit is het begin van een wonderlijk verhaal. 

Aerts hanteert poëtisch taalgebruik in het verhaal. Deze schrijfstijl zorgt ervoor dat hij een bepaalde dromerige sfeer creëert die perfect past bij het verhaal. Bovendien wordt deze sfeer versterkt door de prachtige illustraties van Törnqvist. Wat mij betreft een zeer mooi samenspel tussen schrijver en illustrator. Het prentenboek is dynamisch en ideaal om in klas te gebruiken.





Het geheim van de snoepfabriek- Selma Noort

Selma Noort is een Nederlandse kinderboekschrijfster. Ze heeft een zeer uitgebreid oeuvre. Verschillende van haar boeken werden bekroond. Het geheim van de snoepfabriek is een  spannend en leuk verhaal. Het boek is geschikt voor kinderen vanaf 6 jaar.

De ouders van Meda willen een oude snoepfabriek heropstarten. Hiervoor hebben ze het recept voor de beroemde snoepjes, zuchtjes, nodig. Meda en haar vriend Stephan gaan op zoek. De eigenaars van een ander snoepfabriek doen er alles aan om te voorkomen dat ze het recept vinden. Als Meda het recept gevonden heeft, wordt de achtervolging dan ook meteen ingezet.


Het boek is een luchtig speurdersverhaal. Het boek leest zeer vlot doordat het is ingedeeld in verschillende korte hoofdstukken. Het verhaal heeft me geboeid van begin tot einde. Als lezer kan je je ook makkelijk inleven in de personages van het boek. Het boek is ideaal voor kinderen.

Iep- Joke van Leeuwen

Iep een boek dat heel wat prijzen in de wacht sleepte. Het won de Zilveren Griffel, de Woutertje Pieterse Prijs en de Gouden Uil. Dit maakte me erg nieuwsgierig en dus besloot ik het boek te lezen.

Iep vertelt het verhaal over de vogelkijker Warre. Op een dag ziet hij iets vreemds onder een struik liggen. Het lijkt op een meisje met vleugels of een vogel met benen. Hij besluit het vreemde wezentje mee naar huis te nemen. Warre en zijn vrouw Tine besluiten om het wezentje te houden en noemen haar Vliegeltje. Ze voeden het wezentje op als een gewoon meisje. Op een dag vliegt Vliegeltje weg zonder afscheid te nemen. Warre en Tine zetten de zoektocht naar Vliegeltje meteen in… Een waar avontuur begint voor hen.


De thema’s die in het verhaal erg aanwezig zijn, zijn afscheid nemen en vriendschap.
Iep is een bijzonder verhaal. Ik genoot van elke zin die ik las. Het is erg geschikt voor kinderen en prikkelt hun fantasievermogen. Het boek leest vlot en zit duidelijk in elkaar.
Daarnaast is het boek ook verfilmd. Wat mij betreft is dit zeker een aanrader!

Bart Moeyaert- Blote handen

Blote handen is één van de meest gekende boeken van Bart Moeyaert. Het boek is meerdere keren bekroond.

Blote handen vertelt het verhaal over twee boezemvrienden Ward en Bernie. Op oudejaarsavond wandelen ze met Wards hondje Elmer over de polders. Ze belanden op het erf van Betjeman. Betjeman is een eenzame zonderling met een plastic hand. Ward haalt Betjemans oude eend uit zijn hok en doodt het dier tijdens een spelletje. Betjeman is woedend en slaat uit wraak Wards hondje dood. Er barst een helse strijd los.

Het hele verhaal speelt zich in enkele uren tijd af. Het thema machteloze woede komt in het verhaal sterk aan bod. De schrijfstijl van het boek zorgde ervoor dat ik soms verward was. Ik vond het boek niet vlot lezen en was enkele keren de draad kwijt. Het verhaal is geïllustreerd met enkele donkere zwart-witte tekeningen. Deze illustraties geven goed de sfeer van het verhaal weer. Het boek is geschikt voor kinderen vanaf 9 jaar. Ikzelf zou het boek aanraden voor iets oudere kinderen omwille van zijn bijzondere schrijfstijl.

Ziek- Gideon Samson

‘Je bent het leukste meisje van de wereld,’ fluistert opa in mijn oor. Ik huil op zijn schouder. ‘Je trui,’ zeg ik. ‘Hij wordt nat.’ ‘Mooi zo’, zegt opa. ‘Die gaan we dus nooit meer wassen. Dit wordt mijn lievelingstrui. Mijn tranentrui.’

Ziek vertelt het verhaal over Belle, een bijzonder moedig meisje dat ondanks haar ziekte positief blijft denken en de moed niet laat zakken. Belle ligt al maanden in het ziekenhuis. Ze is misselijk, moet overgeven en heeft veel pijn. Terwijl ze in haar bed ligt blikt ze terug op vroegere gebeurtenissen uit haar leven. Het verhaal wordt verteld door het hoofdpersonage. Op deze manier leert de lezer het hoofdpersonage en de mensen rondom haar beter kennen.


Opmerkelijk is dat een heleboel dingen onbeschreven blijven, zo komen we bijvoorbeeld nooit te weten welke ziekte Belle heeft. Dit maakt dat de lezer veel ruimte heeft om eigen invullingen te doen en zijn verbeelding te laten werken. Hierdoor voel je je als lezer erg betrokken bij het verhaal. Het boek is zeer aangrijpend. Het is geschikt voor kinderen vanaf 9 jaar. Het boek kan zeker een steun bieden aan jonge kinderen die erg ziek zijn. Wat mij betreft zeker een aanrader!

zaterdag 31 mei 2014

William wil de wereld zien - Siska Goeminne

Ongeremde fantasie, avontuur en poëzie zijn de kernwoorden voor dit boek. En vriendschap en liefde ook niet te vergeten natuurlijk.

Het verhaal gaat over William. William is een potlood die samen met zijn zes broers in de doos op de kast staat. Ze worden niet zoveel meer gebruikt. Maar dat is niet de enige reden waarom William de wijde wereld in wil gaan. Hij is anders, wild, hij wil op avontuur! Zijn broers proberen hem nog te overtuigen niet te gaan, maar William is vastberaden. Hij moet en zal de buitenwereld ontdekken. Op een mooie dag in oktober is het zover, William springt uit de doos. Hij vertrekt.
Op zijn tocht ontmoet hij verschillende andere figuren zoals een beukenblad, een vulpen en een mooi wit blaadje. Hij beseft dat hij toch wel zijn broers en vertrouwde thuis mist. En misschien vinden zijn broers hem wel te wild, maar zelf vindt hij ook niet alles even rooskleurig aan zijn broers…

Dit boek is een aangename verassing. Een verhaal over een potlood, het is eens iets anders! De vleugjes poëzie en opmerkelijke woordenschat maken dit verhaal bijzonder. Het inlevingsvermogen kan niet geremd worden. Je gaat mee op avontuur met het potlood, of je dat nu wilt of niet.

Het boek is geschreven voor kinderen van de tweede graad, maar het kan volgens mij door meerdere leeftijden genoten worden. Zelf vond ik het ook fijn, omdat het me in een andere wereld bracht.

De vraag kan gesteld worden of sommige terugblikken in het boek niet wat moeilijk zijn voor het derde leerjaar. Het boek is helemaal in de verleden tijd geschreven. Op een bepaald moment wordt opnieuw de doos beschreven en hoe William zich daarin voelde, en hoe hij tot het besef kwam dat hij wou ontsnappen, terwijl hij op dat moment op de straat ligt. Misschien zou dat sommige kinderen wel in de war kunnen brengen. De prenten in het boek zijn heel mysterieus, eerder wat volwassener. Het zijn een soort wazige zwart-witfoto’s. 

Maar los daarvan kan het boek zeker aanbevolen worden voor de klasbibliotheek. Het prikkelt de fantasie, laat kinderen kennismaken met creatiever taalgebruik en is niet zo vanzelfsprekend.
Een heerlijk verhaal dat doet kriebelen om de andere boeken van Siska Goeminne in huis te halen!

Siska Goeminne – William wil de wereld zien (2011) (107 blz.) – genomineerd door de Nederlandse kinderjury 2012


Elien Leleu

De Piraten zijn terug! - Harmen van Straaten



Schip ahoy!”, wellicht de bekendste kreet die je onmiddellijk op een piratenschip katapulteert. Dit boek voor kinderen van het eerste leerjaar (AVI 3) is een stukje ongeremde fantasie die je warm maakt om nog eens die oude ooglap uit de stoffige verkleedkoffer te halen. Terecht genomineerd door de Nederlandse kinderjury in 2008.

Het verhaal gaat over broer en zus, Jesse en Fleur, die verhuisd zijn en een kist op zolder vinden. Ze ontdekken allerlei piratenattributen in de kist. Deze spullen (in het bijzonder de schatkaart) leiden tot meer dan enkel een verkleedpartijtje, maar tot een schip vol échte piraten! En de spiegel speelt ook een mysterieuze rol in het verhaal…

Spanning, pientere kinderen, stoere piraten, een vleugje humor en een fameuze schat zijn de ingrediënten van dit boek. Alle elementen dus om kinderen helemaal te boeien. Het boek leest heel vlot en er is veel afwisseling tussen conversaties en vertellende zinnen. Het staat helemaal in de tegenwoordige tijd waardoor je helemaal mee bent in het verhaal, alsof je er zelf bij bent.

Het knappe aan dit boek is dat de schrijver ook de illustrator is. Harmen van Straaten. Dit maakt zijn boeken zo authentiek en origineel. De tekeningen zijn fijn uitgewerkt, passen perfect bij het verhaal en overheersen ook niet. Het geeft een heel aantrekkelijke indruk.

Harmen van Straaten schrijft boeken voor beginnende lezers tot en met 15-plussers. Hij maakt overal de illustraties zelf. In dezelfde leeftijdscategorie als ‘De piraten zijn terug!’ vind je ook ‘Het Monster’, ‘De raket’, ‘De witte ridder’. Elk van deze titels laat me nu al verlangen naar het verhaal en de plaatjes erbij!

Harmen van Straaten – de Piraten zijn terug (2007) (29 blz.) – genomineerd door de Nederlandse kinderjury 2008


Elien Leleu

vrijdag 30 mei 2014

Slim en Woest - Anke de Vries



Hallo

Het laatste boek dat ik las was 'Slim en Woest' van Anke de Vries.

Slim en Woest
Lot speelt op straat. Plots stopt een auto. Ze ziet een jongen. Hij heet Paul en heeft een hondje Slim. De hond heet zo omdat hij heel slim is. 
Lot en Paul leren elkaar beter kennen en ze worden vrienden. Slim speelt ook graag mee.

Paul woont naast Woest. De buurman heet eigenlijk meneer Soest, maar iedereen noemt hem Woest omdat hij altijd schreeuwt. Slim loopt altijd in de tuin van meneer Woest. Hij wil er spelen. Eerst loopt hij naar het raam. Meneer Woest kijkt naar buiten en bonkt op het raam. Slim blaft en kwispelt met zijn staart. Meneer Woest verdwijnt en een beetje later gaat de deur open. Dan schreeuwt hij dat de hond weg moet. Slim heeft daar geen zin in. Hij huppelt door de tuin en plast tegen de struik. Daarna loopt hij de tuin uit.

Wanneer Lot en Paul in het park zijn, loopt Slim weg. Hij gaat opnieuw naar de tuin van meneer Woest. Slim kent de weg uit zijn hoofd. Opnieuw blaft hij eerst aan het raam. Daarna verdwijnt meneer Woest. Slim gaat bij de deur staan. De deur gaat open en daar is meneer Woest. Hij neemt de tuinslang en spuit achter de hond. Slim is te snel en springt in het rond.

Woest is zo woest dat hij aanbelt bij Paul. Hij zegt dat hij de hond nooit meer in zijn tuin wil zien want anders zal er iets gebeuren. Paul weet niet wat maar hij vindt het eng.

Slim moet vanaf dan altijd aan de lijn. Dat vindt hij niet plezant.

Op een dag ligt Slim in de tuin. Plots graaft hij een put onder de omheining met buurman Woest. Slim rent naar de tuin en springt aan de deur van de keuken. Hij hoort een stem. De stem van meneer Woest. 'Slim ... Slim ...!'

Wanneer Slim ziet dat meneer Woest op de grond licht begint hij te blaffen. Hij loopt naar Paul en Lot. Ze komen kijken wat er gebeurt. Dan zien ze meneer Woest op de grond liggen. Hij roept om hulp. Mama belt het ziekenhuis.

Terwijl meneer Woest in het ziekenhuis ligt, past Slim op de tuin.

Als meneer Woest naar huis komt is iedereen blij. Ze versieren de tuin. Plots blaft Slim. Papa en mama zijn daar samen met meneer Woest.
Woest is zo blij. Hij zegt dat ze lieve buren zijn. Dan springt Slim op de schoot van Woest. Meneer Woest zegt dat hij zo een slimme hond is. Woest belooft aan Slim dat als hij terug kan lopen, ze veel in de tuin zullen spelen.

Het is een aangenaam boek om te lezen. Het boek heeft mooie en kleurrijke illustraties. Ik ondervond geen moeilijke woorden in het boek. Het is geschreven op AVI-niveau 3. Het boek is dus bestemd voor kinderen die leren lezen. Ik vond het een leuke verhaallijn. Ook de namen Woest en Slim vond ik grappig.

Veel plezier met het boek!
Lisa

donderdag 29 mei 2014

De heks op de ijsberg - Koen Smulders

Hallo

Ik las het boek 'De heks op de ijsberg' van Koen Smulders.

Het boek gaat over Loes die op een nacht wakker wordt door een zwaan op haar balkon. Hij zegt haar dat hij betoverd is door een heks. Loes moet hem helpen zodat hij terug prins kan zijn. Ze moet op bezoek gaan bij een fee, maar ze mag niet van de taart eten. 
Loes gaat op zoek naar de schuur van de fee. Even later komt ze bij de fee. Wanneer de fee haar een lekkere taart met room en een kers aanbiedt, zegt ze nee. Ze wil de prins redden zoals ze belooft had. Als de fee smeekt, eet Loes toch van de taart. Hierdoor wordt de prins niet gered.
Even later komt een muis voorbij. De muis piept en komt naar Loes. Hij geeft haar een brief van de zwaan. Loes leest de brief:

Lief meisje,

Je hebt van de taart gesnoept.
Dus ben ik nog steeds een zwaan.
Met veertjes zo wit als sneeuw.
En een snavel zo rood als een kers.
Maar ik ben niet boos op jou.
Een taart van de fee is ook zo lekker!
Je kunt me nog redden.
Kom naar de ijsberg!
Eerst moet je door de wei.
Maar kijk uit, daar slaapt een reus.
Hij eet alles op wat hij ziet.
Maak hem niet wakker.
Ik hoop dat ik je gauw zie.
Op de top van de ijsberg.

Kusjes van de zwaan

Loes gaat opnieuw op stap. Eerst moet ze langs de reus en daarna langs de heks. Met de hulp van een elfje lukt het haar. De heks smelt weg, de zwaan wordt terug een prins en iedereen is blij.

Het was een aangenaam kinderboek om te lezen. Het verhaal leest vlot en heeft mooie tekeningen. Op elke pagina heb je een tekening. Het zijn zwart-wit tekeningen.
Op de eerste en de laatste pagina vind je een samenvatting van het verhaal terug zonder tekst. De tekeningen volgen elkaar op en het ziet eruit als een strip.
Ik raad het boek aan voor kinderen vanaf 6 jaar. 

Veel leesplezier !
Lisa

Koen wint een prijs - Marianne Busser en Ron Schröder


Koen wint een prijs





Ik las het kinderverhaal 'Koen wint een prijs' van Marianne Busser en Ron Schröder.

Het verhaal begint wanneer Koen en Lot een tekening maken. Als ze klaar zijn komt de mama van Koen met een super goed idee. Ze kunnen hun tekeningen opsturen en deelnemen aan een wedstrijd. De kinderen vinden dit een leuk idee en ze sturen hun brief op. 

Een maand later komt Koen thuis van school. Mama lacht en zegt: 'Ik heb iets voor jou'. Ze geeft hem een grote kaart en zegt dat hij een prijs gewonnen heeft. Koen springt een gat in de lucht en juicht heel luid. Hij bekijkt de kaart en leest dat hij met de klas naar een speeltuin mag met de bus. 'Leuk!' zegt mama. Koen is ook blij. Maar dan denkt hij aan Lot. Ze viel vorige week van de trap en haar been zit in het gips. Nu kan ze niet mee. Hij vindt dit helemaal niet fijn.

Koen gaat naar Lot en verteld haar het slechte nieuws. Lot wordt een beetje wit. Ze slikt en praat daarna verder. Ze zegt tegen Koen dat ze het wel jammer vindt maar dat ze het leuk vindt voor hem. 

De volgende dag verteld hij over de wedstrijd in de klas. Alle kinderen zijn erg enthousiast.
Als de kinderen in de klas komen vraagt Koen aan de juf om iets te doen voor Lot. Alle kinderen beslissen dat ze een cadeautje meebrengen voor Lot. Na twee dagen staat er een grote doos in de klas met van elk kind een pakje. De juf vindt het super. 'Als we met de bus vertrekken gaan we eerst naar Lot met onze doos,' zegt juf.
Even later is iedereen aan het schrijven. Koen kan niet goed werken. Hij moet oefeningen maken maar hij staart voortdurend naar buiten. Hij kan alleen maar aan Lot denken. Na de les moet hij bij de juf gaan. Ze vraagt hem waarom hij niet verder doet met zijn oefeningen. Koen verteld aan de juf dat hij de hele tijd aan Lot moet denken. Hij heeft een idee. De juf zegt dat ze er zal over nadenken.

De dag van de schoolreis.
De kinderen zitten op de bus. Eerst rijden ze naar Lot. De juf stapt uit maar vergeet de doos. Plots komt Lot naar buiten. Ze wordt gedragen door haar papa naar de bus. De man van de bus neemt haar over en zegt dat de rolstoel ook mee is.
'Lot gaat ook mee!' schreeuwen de kinderen.

In de speeltijd zit Lot in haar stoel. De kinderen zitten om de beurt naast Lot en geven dan hun pakje uit de doos. 

Lot is terug thuis. Ze vertelt aan haar ouders over de vele pakjes. Even later komt Koen erbij. Lot bedankt hem voor wat hij gedaan heeft. Dan geeft papa een pakje aan Koen. Er zitten vier kaartjes voor de speeltuin in. Wanneer het gips eraf is gaan ze terug naar de speeltuin met de mama en papa van Lot. Ze zijn heel blij.

Het boek leest heel vlot. Er staan geen moeilijke woorden in. Op bijna elke pagina staat een mooie tekening. De tekeningen zijn in kleur en kinderlijk getekend.
Het boek is voor kinderen vanaf 6 jaar. Het boek heeft AVI-niveau 4.

Veel plezier met het boek!
Lisa

woensdag 28 mei 2014

Hij of ik?



Sam is een Oegandese jongen en wordt samen met zijn zus Agnes ontvoerd door het rebellenleger van Kony. Samen met nog andere ontvoerde kinderen, moeten ze eten en materiaal dragen voor het leger. Helaas krijgen ze zelf amper eten en drinken. De twee worden uit elkaar gerukt. Agnes wordt een van de vrouwen van Kony en Sam moet in het leger werken. Wanneer hij bijna verhongerd, mag hij wat meer eten hebben, omdat hij anders te zwak wordt om te vechten tegen andere kinderen van dorpen. 
Ontsnappen is daar onmogelijk, bijna iedereen die het probeert wordt gesnapt en gedood op een gruwelijke wijze. Sam probeert zich sterk te houden, tot op het moment dat een van zijn vrienden probeert te ontsnappen. 
Sam werd gefolterd tot hij zijn eigen vriend wilde dood slaan. Hij had geen andere keus en sloeg tot zijn vriend niet meer bewoog.

Op een dag komt hij Robin tegen. Het is een oudere jongen die al een paar jaar in het leger werkt. Robin staat ook iets hoger dan Sam. Daardoor kan Robin soms extra eten meesmokkelen voor Sam.

Tijdens een aanval op een dorp, raakt Sam gewond en kan hij ontsnappen uit het rebellenleger.
Hij belandt in een opvangcentrum en kan na een tijdje terug geloven in een mooie toekomst. 
Eerst verloopt het wat stroef. Hij vetrouwt niemand meer.
Op een dag is er bezoek voor hem! Het is Robin! Robin is ook kunnen ontsnappen. Samen proberen ze een nieuwe toekomst op te bouwen. 
Zijn zus Agnes bevrijden is zo goed al onmogelijk en naar huis terug keren kon hij niet. Hij wist zelfs niet of zijn ouders nog leefden.


De titel verwijst volgens mij naar de scene waarin Sam zijn goede vriend moet doodslaan. Hierbij dacht Samn waarschijnlijk: 'Wat moet ik doen? Hij dood? Of ik dood? Hij of ik?'

Dit is een erg aangrijpend verhaal. Zeker omdat dit gaat over ware feiten. De schrijfster Bettie Elias, is met een jongen van daar gaan praten. Ook betrok ze het project van Els De Temmerman erbij, die probeert om kindsoldaten op te vangen en opnieuw in een familie een toekomst te geven.
Op deze site: www.childsoldiers.net kan je nog meer levensverhalen vinden van ex- kindsoldaten.
Dit is een boek voor kinderen ouder dan 10 jaar. Persoonlijk vind ik dit te jong.
Ik vind dat er teveel gruwelijke scenes in het verhaal voorkomen. Voor gevoelige kinderen is dit absoluut geen goed boek!
De uitgever hiervan is Manteau. Het boek telt 159 pagina's.



Billy en de bizon



Billy is een kleine hamster. Hij wil graag een echte cowboy worden!  Om zich te bewijzen, wil hij een bizon vangen met een lasso! Het verloopt niet allemaal van een leien dakje. Eerst gaat hij langs bij zijn beste vriend Pierke, zodat hij eerst nog wat op hem kan oefenen. Uiteraard kan je een pier niet vergelijken met het vangen van een bizon. Maar toch heeft het effect gehad. 
Een tijdje later komt de muis Treintje voorbij. Ze vraagt wat voor raar spelletje ze aan het spelen zijn. Pierke antwoord: 'Billy wilt een bizon vangen met een lasso. En hij is aan het oefenen op mij'. 
Treintje keek wel wat verbaasd en zei: 'Ik heb er een gezien. Hier vlakbij.'

Samen besluiten ze om naar de rivier te gaan waar de bizon zich bevindt.
Billy schrift zich een bult wanneer hij ziet hoe groot een bizon wel niet is. Hij bedacht een plannetje!
Pierke moest onder de boom gaan liggen en doen alsof hij veel pijn kreeg in zijn buik. Dan zou Billy in de boom wachten, tot de bizon naar Pierke loopt, om te vragen wat er scheelt.
En zo gebeurde het...

Pierke ging onder de boom liggen en kermde luid, alsof hij heel veel pijn had. De bizon ging erop op af om te vragen of hij hem kon helpen. Ondertussen wachtte Billy ongeduldig in de boom en gooide de lasso over de bizon!
Hij had hem! Maar de bizon kon er niet om lachen. Hij schoot op de vlucht, met Billy op z'n rug. Plots stopte hij zo hard, dat Billy over zijn schouders viel en op een cactusbloem terecht kwam. 
De bizon vroeg waarom hij hem per se wilde vangen. Billy antwoordde: 'Ik wilde tonen aan mijn papa dat ik een echte cowboy ben en dat ik een bizon kon vangen'. 

De bizon stelde het volgende voor: 'Dan gaan we naar je papa en doen we alsof je me gevangen hebt!'

Eens ze thuis aangekomen waren, schrok de papa zich rot! En samen hebben ze nog een gezellige avond gehad met kampvuur!

De schrijfster van het boek heet Catharina Valckx. Het boek werd uitgegeven in februari 2012. In totaal telt het 32 pagina's, maar er zijn zeer veel prenten en korte stukjes tekst.

Dit boek is zeer geschikt voor de eerste graad. Ook in het 3de kleuter vind ik dit een gepast boek. Het gaat over dieren die een heel avontuur beleven en er zit ook nog wat spanning in het verhaal.
Zeker een aanrader!

De koning van Katoren - Jan Terlouw

De koning van Katoren is het laatste boek dat ik las. Het boek is geschreven in 1971 maar de versie die ik las is degene die gemaakt werd na het uitkomen van de gelijknamige film. Dit boek dateert uit 2012.

Tijdens de nacht waarin de koning sterft, wordt Stach geboren. Stachs moeder sterft op het kraambed en zijn vader komt niet veel later ook om wanneer hij de vlag bovenop de kerk halfstok wil hangen. Stach wordt opgevoed bij zijn oom Gervaas, die als dienaar voor de ministers werkt. Wanneer Stach 17 jaar wordt besluit hij om zich op te geven om de nieuwe koning van Katoren te worden. De ministers willen natuurlijk niet zomaar hun post afstaan, want zij regeren al 17 jaar lang het land, dus geven ze hem 7 (in hun ogen onmogelijke) opdrachten. Tijdens deze opdrachten ontmoet hij ook Kim, een studente journalistiek. De twee worden verliefd. Uiteindelijk slaagt Stach erin om alle opdrachten tot een goed einde te brengen en wordt hij zo de nieuwe koning van Katoren.

Hieronder een lijstje van de 7 opdrachten en hoe hij die opdrachten tot een goed einde brengt.
1.    Een eind maken aan het geschreeuw van de vogels van Decibel
Stach bootst door middel van heel wat materiaal een hele hoge toon na, zodat de vogels steeds harder en hoger moeten krijsen om boven het geluid uit te komen. Uiteindelijk knappen de stembanden van de vogels.
2.    Omhakken van de granaatappelboom
Hij beveelt de kruitfabriek om geen kruit meer te produceren waardoor de bloesems aan de boom niet meer bestuift worden met kruitkorrels die uit de schoorsteen komen. Zo kan hij de boom na een tijdje omhakken.
3.    De draak van Smook verslaan.
Hij laat de draak vogels gevuld met salpeter en houtskool eten. Wanneer hij dan met een geweer op de draak schiet, ontploft de draak.
4.    De kerken van Uikemene laten ophouden met schuifelen.
Hij stippelt een plan uit waardoor alle kerken op een plaats samen komen. Op deze plaats botsen ze tegen elkaar waardoor ze een grote kerk vormen.
5.    Van de Sint-Aloïsiuskerk springen.
Dit vindt hij persoonlijk de gevaarlijkste opdracht. Hij twijfelt dan ook heel lang voor hij beslist of hij deze opdracht wel zal uitvoeren, want het is van deze kerk dat zijn vader gevallen is en stierf. Uiteindelijk heeft hij een plan waardoor hij niet ver naar beneden moet springen. Hij roept alle mensen op om al hun kussens op een grote berg voor de kerk te leggen. De berg wordt zo hoog waardoor hij maar een aantal meter moet springen en heel zacht landt.
6.    De tovenaar van Ekilibrië vernietigen.
Hij paait de tovenaar en praat er mee zodat de tovenaar uiteindelijk in zijn eigen vuur springt en verdwijnt.
7.    De knobbelneuzen in Afzette-Rije genezen.
Stach ontdekt dat er voor elk kwaaltje dezelfde zalf wordt voorgeschreven. Er wordt bovendien veel te veel geld voor gevraagd. Hij toont de mensen hoe ze zelf een zalf kunnen maken die hen wel verlost van deze knobbelneuzen.

Tot slot krijgt hij nog een achtste opdracht omdat de ministers hopen dat hij deze opdracht niet tot een goed einde kan brengen.
8.    Plaatsnemen op de Stenen Stoel van Stellingwoude.

Enkel personen die koning zijn kunnen op deze stoel gaan zitten zonder te sterven. Alle andere personen die reeds op de stoel gingen zitten stierven, tenzij men zich op de stoel laat zetten door 6 hooggeplaatste personen (bv burgemeesters, ministers...). Stach denkt terug aan zijn vorige opdrachten en herinnert zich dat de burgemeesters van alle steden waar hij geweest is steeds hetzelfde hebben gezegd : 'Als ik iets voor u kan betekenen, laat u het mij gerust weten.' En dus neemt hij met alle burgemeesters contact op en komen zij hem helpen. Ze plaatsen hem op de stoel waardoor hij in leven blijft

Het boek is enkel in het zesde leerjaar bruikbaar. Het is al een iets moeilijker verhaal waar de leerlingen tijd voor moeten zullen moeten nemen. Er gebeurt heel wat in het verhaal. Van liefde tot actie. Voor elk wat wils.

Komt een dier bij de dokter - Bouwien Jansen

De tweeling Bente en Bram wonen tijdelijk bij hun opa omdat hun ouders een moeilijke periode doormaken en ze even tijd voor zichzelf willen. Opa woont vlakbij een dierentuin en is er verzorger. Hierdoor mogen Bente en Bram hem dagelijks helpen en meegaan met dokter Henk, de dierenarts van de zoo. Ze zorgen mee voor de pasgeboren aap Makoua en voor de zieke schildpad. Die kan door hun goede zorgen na een poosje per vliegtuig naar de Middellandse Zee gebracht worden.
Bente en Bram worden goede maatjes met de dieren en doen er ook alles voor. Zelfs olifantenpoep opscheppen. Alles gaat goed, tot op een bepaald moment. Opa wordt ziek.

Hij doet alsof er niets aan de hand is. Maar dan krijgt hij een hartinfarct en moet hij naar het ziekenhuis. Opa wil daar helemaal niet zijn. Bente en Bram beslissen hem te helpen en halen hem op een avond op met een bakfiets. Ze brengen opa naar de grot in de dierentuin. Ze kunnen niet lang verzwijgen waar opa zit want hij wordt steeds maar zieker en zieker. Ze besluiten om dokter Henk in vertrouwen te nemen. Die besluit om opa opnieuw naar het ziekenhuis te brengen. Op het moment dat dokter Henk naar opa toegaat om het mee te nemen, ziet hij dat de grot leeg is. Geen opa meer te zien. De ouders van Bente krijgen wat later telefoon uit Frankrijk. Een Franse dokter verteld dat opa bij hen in het ziekenhuis is. Opa ging daar vaak op vakantie en wou zich daar laten opereren. De ouders van Bente beslissen om allemaal samen op vakantie naar Frankrijk te vertrekken. Zo kunnen ze opa ook vaak bezoeken. Ze blijven daar zo lang tot opa weer mee kan naar huis, naar zijn plekje: de dierentuin.

Het verhaal - geschreven door Bouwien Jansen - is verzonnen maar dokter Henk heeft wel echt bestaan. Hij werkt ook effectief in een dierentuin in Nederland. Ook alle dieren in het verhaal zijn de dieren uit de dierentuin. Het is een recent boek (uit 2013).
Het verhaal is voor kinderen vanaf 8 jaar. Persoonlijk vind ik het nog een vrij dik boek (128 pagina's) om aan een achtjarige te geven. Er zit weinig actie in, tot op het moment dat opa ziek wordt.
Ik zou dit boek niet echt aanraden voor de klasbibliotheek. Het kind moet openstaan voor een iets dikker boek.

zondag 25 mei 2014

Een jaar vol kleuren - Kolet Janssen

Hallo

Het tweede boek dat ik las was 'Een jaar vol kleuren' van Kolet Janssen.

Waarom moet je op Driekoningen een boon zoeken in je stuk koek? Wat is er precies gebeurd op Hemelvaart? Waarom gaan we op Allerzielen naar het kerkhof? Waar komt de kerststal vandaan?

Het christelijk geloof is rijk aan feesten en gebruiken. Kinderen zijn dol op tradities die elk jaar terugkomen. Ze genieten er nog meer van als ze weten wat erachter zit. Maar dat kunnen hun ouders of leerkrachten hun niet altijd vertellen...



In dit leerrijk boek voor kinderen tussen 9 en 12 jaar schrijft Kolet Janssen het verhaal van een gezin doorheen het kerkelijk jaar. Het boek beantwoord vragen van kinderen over deze feesten.

Ik vond het een mooi boek om te lezen ook al is het boek eigenlijk een leerboek. De kinderen leren op een leuke manier. Het verhaal is op kinderniveau geschreven en ze krijgen antwoord op heel wat vragen. De teksten zijn vlot leesbaar.
In het boek staan enkele mooie illustraties ondanks het zwart-wit tekeningen zijn.

In het boek volgt de lezer een heel jaar lang Sara en haar boer. Zij voeren gesprekken met hun ouders over het christelijk geloof en alle gebruiken en gewoonten. De ouders geven heel wat informatie over de christelijke feesten en hebben het daarbij ook over andere godsdiensten zoals de islam en het jodendom. Op deze manier leren kinderen bij over de verschillende godsdiensten.

Ik zou het boek zeker aanraden voor een voorleesmoment in de klas en voor in de klasbibliotheek.

Groeten 
Lisa